Opdracht van de dag | Leestekens

JavaScript isn't enabled in your browser, so this file can't be opened. Enable and reload.

De 'Opdracht van de dag' maak je op de computer, smartphone of tablet. Maak de opdracht helemaal. Klaar? Druk dan onderaan op 'Verzenden'. Daarna kun je klikken op 'Je score bekijken'. Je ziet dan hoe je de opdrachten hebt gemaakt!

De opdracht van vandaag gaat over: leestekens.

Vul hieronder je naam in. *

De opdracht van vandaag gaat over leestekens. Dat zijn bijvoorbeeld de punt. Of het uitroepteken! En het vraagteken? Die hoort er ook bij. Maak de vragen en kies telkens de juiste zin.

Het eerste leesteken is de punt. Een punt geeft het einde van een zin aan. Welke zin hieronder is juist? *

1 point

Lotte heeft de opdracht goed gemaakt.

Lotte. heeft de opdracht goed gemaakt.

.Lotte heeft de opdracht goed gemaakt

Het tweede leesteken is de komma. De komma staat middenin een zin. Het is een soort 'pauze' in de zin. Welke zin hieronder is juist? *

1 point

Sven moet lopen, omdat zijn fiets weg is.

Sven moet lopen omdat, zijn fiets weg is.

Sven, moet lopen omdat zijn fiets weg is.

Het derde leesteken is het vraagteken. Die staat net als de punt aan het einde van een zin, maar dan is het een vraag. Welke zin hieronder is juist? *

1 point

Waarom heb je een gele trui aangetrokken.

Waarom? Heb je een gele trui aangetrokken

Waarom heb je een gele trui aangetrokken?

Het vierde leesteken is het uitroepteken. Ook die staat aan het einde van een zin. Je gebruikt deze om een zin boos of blij te maken. *

1 point

Ik wil geen bord vol met spruitjes!

Ik wil geen bord vol met spruitjes?

Ik wil geen bord! Vol met spruitjes.

Het vijfde leesteken is de spatie. Eigenlijk is dit geen leesteken, want je ziet 'm niet! Een spatie is de witte ruimte tussen woorden. Welke zin is juist? *

1 point

Frederikzwomnaardeoverkant.

Frederik zwomnaar deoverkant.

Frederik zwom naar de overkant.

Het zesde leesteken is het haakje. Of eigenlijk: de haakjes. Je gebruikt er altijd twee. Daartussen zet je iets dat bij de zin hoort, maar iets minder belangrijk is. Welke zin hieronder is juist? *

1 point

De meester is de hele dag op school (van 8.00 uur tot 17.00 uur).

De meester is (de hele dag) op school van 8.00 uur tot 17.00 uur.

De meester is de hele dag (op school) van 8.00 uur tot 17.00 uur.

Het zevende leesteken is het aanhalingsteken. Ook hier gebruik je er altijd 2. Je gebruikt deze in een zin om te laten zien dat iemand iets zegt. Welke zin hieronder is juist? *

1 point

Ik heb een boterham met 'pindakaas', fluisterde de klasgenoot.

'Ik heb een boterham met pindakaas', fluisterde de klasgenoot.

Ik heb een boterham met pindakaas, 'fluisterde de klasgenoot'.

Het achtste leesteken is de dubbele punt. Dat zijn twee punten boven elkaar. Die zeggen: hier komt nog meer informatie. Welke zin hieronder is juist? *

1 point

Zij houdt van veel sporten, korfbal: volleybal: hockey en voetbal.

Zij houdt van veel sporten: korfbal, volleybal, hockey en voetbal.

Zij houdt van: veel sporten. Korfbal, volleybal, hockey en voetbal.

Het negende leesteken zijn de puntjes, drie achter elkaar! Die gebruik je als je een zin niet helemaal af wil maken. Het kan ook een pauze zijn in een zin. Welke zin hieronder is juist? *

1 point